Belastingdruk 2021 (x € 1.000) | |||
---|---|---|---|
Opbrengst onroerende-zaakbelastingen | 7.120 | ||
af: opbrengst niet-woonruimten | -3.015 | ||
4.105 | |||
Opbrengst rioolheffing | 4.106 | ||
af: opbrengst niet-woonruimten | 424 | ||
3.682 | |||
Opbrengst afvalstoffenheffingen | 3.100 | ||
3.100 | |||
Totaalopbrengst particuliere huishoudingen | 10.887 |
De totale geraamde belastingopbrengst van particuliere huishoudens in 2023 bedraagt € 10.887. Het geraamde aantal woonruimten per 1 januari 2023 is 15.814 (betreft CBS gegevens Stuf cap). De gemiddelde belastingdruk per woonruimte van een koopwoning bedraagt dan € 688,44 (2022: € 662,72). Deze indicatoren zijn berekend volgens een eigen - bestendig toegepaste - methode. Door verschillen in definities, en daardoor in gehanteerde tarieven en hoeveelheden, wijken deze indicatoren af van de beleidsindicatoren in het programma Bestuur en ondersteuning.
Huurders betalen geen onroerende-zaakbelasting. De belastingdruk van een huurwoning, uitgaande van een drie- of meerpersoonshuishouden, bedraagt dan € 467,05 (2022: € 445,75). Dit is de optelsom van de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Het aantal inwoners per 1 januari 2023 wordt geschat op 33.480 De belastingdruk per inwoner komt dan op € 325,18 (2022: € 305,34).